- vandaag
Leren van ontwerpend onderzoek: hoe ziet onze stad er over honderd jaar uit?
Door klimaatverandering neemt de kans op overlast en schade door hevige neerslag, hitte, droogte en overstromingen toe. Dat levert risico’s op voor onze economie, veiligheid en gezondheid. Waar we nu gewend zijn om periodes van 0 tot 30 jaar vooruit te kijken, vraagt een Rotterdam dat kan omgaan met klimaatverandering een andere tijdshorizon. Hoe ziet de stad er over honderd jaar uit? En wat moeten we morgen doen om daar te komen?
Gemeente Rotterdam zet ‘ontwerpend onderzoek’ in, om voor specifieke gebieden de mogelijke scenario’s tot in detail in kaart te brengen. De inzichten van deze onderzoeken kunnen worden gebruikt in beleid en plannen die nu worden gemaakt.
In 2022 publiceerde Rotterdams WeerWoord al het boek ‘Weer verandert alles’ dat de stad uitsplitste in vijf soorten stedelijke gebieden, met elk hun eigen uitdagingen en scenario’s om deze aan te gaan. Twee jaar later bleek dat er méér nodig is om de beschikbare kennis en ideeën ook echt in de praktijk te brengen.
Ontwerpend onderzoek schetst een mogelijke toekomst
Ontwerpend onderzoek helpt ons vooruit: het schetst een toekomstbeeld en brengt in kaart welke stappen nodig zijn om daar te komen. Het is een krachtig middel om beleid te verbeteren en complexe vraagstukken inzichtelijk te maken.
Door verbeelding wordt de toekomst tastbaar – mensen kunnen zich voorstellen hoe hun stad eruit kan zien. Maar een beeld alleen is niet genoeg. De volgende stap is het transitiepad: hoe komen we daar? Wie is aan zet? Wat is ervoor nodig, en waar komt het geld vandaan? Die vragen onderzoeken landschapsarchitecten in verschillende delen van de stad. Hierbij wordt samengewerkt met waterschappen, woningcorporaties en experts op het gebied van ecologie, bodem, water, financiering en transities.
De diepe polders

De laagste woonwijken van Nederland zijn te vinden in Rotterdam. Het diepst gelegen deel van de stad is de Prins Alexanderpolder. Honderd jaar geleden was dit een waterrijk veenplassen gebied. Daarna is het gebied drooggemalen, ingepolderd en vanaf de jaren ‘70 bebouwd. Maakbaarheid stond lange tijd centraal, maar de rek is uit het systeem.
De diepe ligging maakt de wijk overstromingsgevoelig en het (brakke) grondwater staat hoog. Door bodemdaling komt het gebied steeds lager te liggen. De verwachting is dat het maaiveld nog eens 50 cm lager zal liggen in 2100.
Het toekomstbeeld voor de diepe polders laat een aantrekkelijk waterrijk landschap met een flexibele inrichting zien. Alle bebouwing en infrastructuur is adaptief en kan zich aanpassen aan een toekomstige dijkversterking of een fluctuerend waterpeil. Het waterlandschap geeft ruimte voor drijvende bebouwing én verbetert de waterveiligheid en waterkwaliteit.
De transitie naar een drijvende wijk gaat niet vanzelf. Het vraagt om een vernieuwende aanpak. BoschSlabbers en Rebel laten zien wat een transitiepad zou kunnen zijn. Bekijk het ontwerpend onderzoek via deze link.
Het Oude Noorden

Het Oude Noorden is gebouwd op de oude polderverkaveling. Op deze verkaveling is een wijkstructuur van gesloten bouwblokken ontwikkeld. Kenmerkend voor de wijk is de projectmatige aanpak waarbij er woning voor woning gebouwd is zonder een vooraf uitgedachte visie of masterplan. Tot de dag van vandaag is dit nog steeds zichtbaar. Renovaties, projecten en opwaardering van de openbare ruimte gebeurt nog steeds op dezelfde versnipperde manier.
Het gebied werkt als een badkuip. Neerslag moet constant worden weggepompt via gemalen en het water kan weinig tot niet infiltreren in de wijk vanwege de vele verharding. Al het regenwater wordt weggevoerd via het rioolstelsel en het grondwater wordt in droge periodes niet voldoende aangevuld. Door klimaatverandering zal dit verder verslechteren.
Het toekomstbeeld laat een gelijkmatige verspreiding van groen in de wijk zien. Groen geeft veel positieve effecten aan de wijk. Zo zorgt het, naast waterberging, voor meer ruimte voor biodiversiteit, verkoeling, plek voor ontmoeting en verblijf.
Echo Urban Design heeft uitgerekend dat er 104 voetbalvelden aan oppervlakte nodig zijn voor het bergen van water tijdens extreme regenbuien. Dit betekent dat er ten opzichte van vandaag, nog 68 voetbalvelden aangelegd moeten worden. Hoe? Bekijk het ontwerpend onderzoek via deze link.
Rijn-Maasmondingsgebied

Zeespiegelstijging vormt voor de lange termijn misschien wel de grootste uitdaging voor de regio Rijnmond-Drechtsteden. Ten aanzien van waterveiligheid voor de komende decennia voldoet de huidige strategie met dijken, duinen, stormvloedkeringen, afvoerverdelingen en overstromingsbewust inrichten.
De uitdaging komt in de tweede helft van deze eeuw. Dan lopen scenario’s van zeespiegelstijging verder uiteen en komt bijvoorbeeld de Maeslantkering aan het einde van haar levensduur.
Voor de Eo Wijersprijsvraag werkten drie teams aan de toekomst van het Rijn-Maasmondingsgebied. Zij onderzochten wat een goede ruimtelijke basis is om als regio de zoetwateraanvoer die van belang is voor natuur, landbouw en drinkwater veilig te stellen, de waterveiligheid en hoe Rotterdam te laten stijgen in toonaangevende ranglijsten voor maritieme hoofdsteden.
Bekijk via deze link alle resultaten van de EO Wijersprijsvraag 22-23, met het Rijn-Maasmondingsgebied vanaf pagina 44.
Lopende onderzoeken naar Goudsesingel en Teilingerstraat (resultaat verwacht november ’25)

Ook voor de Goudsesingel en de Teilingerstraat wordt ontwerpend onderzoek gedaan.
Op dit moment onderzoeken Flux Landscape en De Urbanisten onderzoeken of en hoe er waterstructuren aan de stad kunnen worden toegevoegd voor een robuuster watersysteem dat tegelijkertijd een bijdrage levert aan het welzijn van mensen, planten en dieren. Het resultaat zal gepresenteerd worden tijdens het Stadmakerscongres in november 2025.
Leren van ontwerpend onderzoek
De inzichten uit het ontwerpend onderzoek worden nu al direct toegepast in beleid en plannen. Zo worden er Principes water en bodem voor Rotterdam ontwikkeld om meer vanuit het water- en bodemsysteem te gaan werken. Ook is het ontwerpteam van Oostflank is zich meer bewust van de klimaatuitdagingen van dit gebied en neemt dit meer in de plannen.